Categoriearchief: Binden

Binden met Henk van Diesen.

We hadden Henk van Diesen van de Flympf uitgenodigd om deze bindavond te verzorgen. Omdat hij de vrije hand kreeg viel zijn keuze op 4 van zijn 10 meest favoriete vliegen. Zoals Henk zelf aan gaf dienen zijn vliegen aan 3 criteria te voldoen te weten: niet te duur aan materiaal, eenvoudig te binden (mag niet te veel tijd kosten) en ze moeten vis opleveren!

Als eerste was een emerger aan de beurt met op het onderste deel van de haak pauwenoog, een vleugen van glimmende witte yarn welke was voorbehandelt en daardoor goed drijft en als thorax ruige wat glimmende dubbing. De tweede was een geel wormpje waar geen ruisvoorn van af kan blijven. Deze was gebonden op een “sedge haak” met daarop 5 kraaltjes waar tussendoor gele struisvogel werd gebonden. Het moeilijkste was hierbij de kraaltjes op de haak te krijgen, het werd er zelfs stil van!

De derde vlieg was een klassieker, de Montana nimf. Deze bestond uit een staartje van een zwarte hackle veer, een body zwarte chenille, een thorax van geel/groene chenille waarom een grote zwarte hackle veer wordt gewikkeld welke aan de bovenzijde kort werd geknipt zodat de overgebleven zwarte seniel er dubbel als wingcase overheen gebonden kon worden. Het was een forse nimf waar veel verschillende vissoorten wel raad mee weten.
De vierde en tevens laatste was een half body midge aan de beurt. Hierbij hangt de haak vertikaal in het water, en is alleen aan het bovenste deel bedekt met zilveren glimmende kerstboomversiering met daarboven een pauwenfiber en als laatste een klein veertje van een spreeuw. Het is dus eigenlijk een klein vliegje op een grotere, aan de onderzijde kale haak. Hierdoor is de inhaking beter dan bij een kleine haak.

Henk bedankt, het was hard werken om 4 vliegen te binden (waarvan de meeste 2 keer), maar erg leerzaam en gezellig. Graag nodigen we je nog een keer uit voor de resterende 6 vliegen!

Binden uit de koffer met Feitse.

Na een thema bindavond blijft er altijd bindmateriaal over, en dat gaat in de koffer. Door de jaren heen hebben we daarin al veel materiaal verzameld en zelden gaat er iets uit. Daarom was het deze keer binden uit de koffer. Feitse had een aantal vliegen voorbereid met als overeenkomstig materiaal cdc. De eerste vlieg (links boven op de foto) was een emerger bestaande uit 2 cdc veertjes welke op elkaar liggend in een boogje werden gebonden en vervolgens omhoog werden gezet als vleugel. Dit boogje (bubble) houdt lucht vast wat extra drijfvermogen opleverd. De tweede (rechts boven) was een kevertje. Technisch moeilijk vanwege de hertenhaar die netjes rond diende te lopen als pootjes en opnieuw de bubble voor het drijfvermogen.

De derde (links onder) heeft als naam de “Mirage” een eendagsvlieg met extended body gebonden van 1 cdc veer. De orange binddraad zorgde voor een mooi kopje. Ook het laatste vliegje bestond alleen uit 1 cdc veertje waarvan eerst het lijfje werd gebonden, en deze daarna omhoog werd gezet als vleugel. Het waren 4 droge vliegjes met elk een heel eigen bindwijze. Feitse bedankt voor het voorbinden.

Binden droge vliegen met Feitse Bootsman.

Met de opening van de Duitse rivieren in het vooruitzicht hadden we Feitse gevraagd droge vliegen voor te komen binden. Hij had gekozen voor flinke meivliegen met een vleugel van hertenhaar.
De eerste werd geboden met een staart van een van blauwe reiger veer, het netjes gespreid en horizontaal inbinden van de 3 sprieten is al een hele kunst. Daarna bond hij het hertenhaar naar voren in. Door er binddraad voor te wikkelen ging deze als vleugel rechtop staan en was even hoog als de haaksteel lang was. De body was van een cdc veer en de ribbing een fel gekleurde geelgroene draad welke oplichtte als er met een lamp op werd geschenen. Een grizly veer werd, met de bolling naar beneden, ingebonden en met een paar slagen om de vleugel gedraaid waarbij iedere nieuwe wikkeling onder de vorige kwam te liggen. Aansluitend was het kopje van dubbing aan de beurt waarna de vlieg afgebonden kon worden. Het kopje werd tenslotte met een zwarte stift op kleur gebracht. Het was een mooi maar technisch moeilijke meivlieg.

De tweede vlieg van de avond was een soortgelijke meivlieg maar werd up-side-down gebonden. Hierbij wijst de haakbocht dus omhoog i.p.v. naar beneden als deze op het water ligt. Tijdens het binden wordt de vlieg regelmatig omgedraaid in de bindvice, met name omdat de haakbocht in de weg zit tijdens het binden! Tevens gaf Feiste aan dat er uiteraard veel verschillende materialen gebruikt kunnen worden bij het binden van een vlieg, de staart van blauwe reiger verving hij door fazant en de cdc veer van de body door dubbing.
Als afsluiting, ofwel het toetje zoals Feitse het noemde was een revised redtag aan de beurt. Dit was een redtag maar dan gebonden met “modern” bindmateriaal. Even dacht ik terug aan de streamer welke Rob een maand eerder had voorgebonden met een lengte van 22cm op een haak 6/0. Deze redtag was 9mm lang en gebonden op een haakje 21! Zo zie je maar weer hoe divers vliegbinden kan zijn. Maar nu weer terug naar de redtag. Het staartjes was van synthetisch rood materiaal i.p.v. wol, en het lijfje van glimmend bruine micro cactuschenille. De hackle bleef als enige ongewijzigd en natuurlijk werd er aan de onderzijde een “V” uit geknipt waardoor de vlieg mooi op het water blijft staan.

Het was weer een geweldige bindavond met veel verschillende technieken en uiteindelijk een paar vangende droge vliegen. Feitse bedankt.

Tubefly binden met Rob Dings.

Rob had al eerder snoekstreamers bij de KVVC voorgebonden, maar dit keer hadden we als verzoek deze te binden als tubefly. Het voordeel van een tubefly is dat de tube met streamer na het haken van een snoek van de haak weg geschoven kan worden, waardoor je beter bij de haak kan om te onthaken. Ook kan de haak (met onderlijn) eenvoudig vervangen worden als deze niet scherp meer is of beschadigd.
Ondanks de storm waren er toch 9 geïnteresseerde leden gekomen. Rob had zelf al het benodigde materiaal meegebracht waardoor we zeker het juiste hadden. Zoals de naam al aangeeft, wordt de streamer niet gebonden op een haak maar op een tube (een hol kunststof buisje). Een bijkomende uitdaging is dat deze tube niet standaard in een bindvice geplaatst kan worden. De dure vices hebben hiervoor speciale conische hulpstukken. Voor degene die deze hulpstukken niet hadden had Bert deze gemaakt. Nadat de tube op de conische tool is de vice was geplaatst kon het binden beginnen. Van gevlochten materiaal werd als eerste een klein “schoteltje” in de vorm van de letter C op de tube gebonden. De lange slierten flash, de staart, werden er vervolgens voor ingebonden. Het resultaat is dat de flash bol om het “schoteltje” gaat staan. Aansluitend werden er verschillende kleuren flash met een lengte van 10 tot 15 cm in een dubbinglus gelegd. Dit was een uiterst secuur werkje, het werd er zelfs stil van!

Nadat alle flash door het opdraaien van de dubbinglus vast was komen te zitten kon deze, uiteraard ook voor het “schoteltje”, om de tube worden gedraaid. Om een vollere streamer te krijgen werd er nogmaals een dubbinglus met flash gemaakt en om de tube gedraaid. Daarna werd er een kunststof kopje (fish-mask) met lijm vast gezet op de tube en voorzien van ogen. Na het afbinden van de streamer werd de tube van de tool geschoven en op maat geknipt. Inmiddels waren we al ruim 2 uur geconcentreerd bezig, maar het resultaat mocht er wezen! Vervolgens werd de haak aan een staaldraad gezet en de draad door de tube gestoken. Aan de andere zijde werd een lus aan de staaldraad gemaakt waarmee deze aan de leader gemaakt kan worden.


Het was een gezellige, innoverende bindavond. Rob bedankt, en nu maar hopen dat de tube streamers ook snoek opleveren!

Squirmy binden met Frans Dirks.

Er zijn bij de KVVC al veel vreemde nimfen gebonden, maar deze spant wel de kroon. Deze nimf bestaat pas een paar jaar en heeft mogelijk de palolo worm nimf als voorbeeld gehad. De squirmy wordt op stilstaand water zoals forellenputten vaak statisch gevist in tegenstelling tot op rivieren waar hij door de stroming wordt meegenomen. Naast forellen zijn er ook voorns, brasems, windes en zelfs karpers mee te vangen. Hij wordt gebonden met squirmy legs welke o.a. door het merk flybox worden verkocht. Het is een rond soepel rubberachtig materiaal dat erg rekbaar is. Het kan worden uitgerekt tot wel 10 keer de oorspronkelijke lengte, en wordt daarbij gelijkmatig dunner. Je dient de squirmy legs zonder kracht op de dikke binddraad te zetten te binden, omdat je deze anders doorsnijdt. Frans bond ze op grote haken (#10) en ze werden allen voorzien van een 3,8mm tungsten slotted bead.

Bij nimf #1 werd een stuk rode squirmy leg van 5cm gebruikt welke voorzicht, met 2 slagen achter op de haak vast gezet waarbij 1/3 richting haakoog, en 2/3 naar achter wees. Door beide uiteinden omhoog te houden en een paar slagen tussen de squirmy leg en haak door te leggen werd deze boven op de haak gepositioneerd en bleef daar ook zitten. Richting haakoog werd de squirmy leg uitgerekt en met een aantal slagen om de haak gedraaid tot aan de bead, waar deze werd afgeknipt. Net achter de bead werd glimmende roze dubbing aangebracht waarna de nimf werd afgebonden.
#2 was ook rood maar werd gebonden met een stuk van 8cm. Hij werd op dezelfde manier gebonden als #1 alleen het overgebleven stuk squirmy leg achter de bead werd niet afgeknipt waardoor er 2 stukken los hingen, wat voor extra actie in het water zorgt.

Bij #3 werd de bruine squirmy leg eerst m.b.v. een bobbin threader door de bead getrokken en vervolgend achter op de haak gebonden. De binddraad werd van bruine, glimmende dubbing voorzien waarmee de squirmy leg tot aan de bead werd omwikkeld en afgebonden. Hierbij hangt er dus een deel achter de haakbocht en voor het haakoog los.
Met de uitleg van #4 zijn we snel klaar, deze was hetzelfde als #1 maar dan met bruine squirmy leg.
Het was flink aanpoten om 4 nimfen te binden, maar zoals Frans zij, je hebt er nu direct genoeg om te kunnen gaan vissen.
Frans bedankt voor deze gezellige en leerzame bindavond.